De regeling van aftrekposten bij zakelijk gebruik van een auto is ingewikkeld. We onderscheiden daarin verschillende situaties:
– is de auto zelf een auto op de zaak of privébezit?
– wordt er een uitgebreide rittenregistratie bijgehouden?
– is de BTW van de aanschaf een voorbelasting?
Een rittenregistratie is van belang om een exacte berekening te kunnen maken van het aantal zakelijke en privé km’s. De verhouding van de zakelijke km’s t.o.v. het totale aantal wordt toegepast op de BTW van de variabele kosten (onderhoud, reparatie, banden, brandstof) van de auto, dat deel van de BTW is dan te beschouwen als voorbelasting. Bij de rittenregistratie wordt per rit vermeld:
- de datum
- de begin- en eindstand van de kilometerteller
- het vertrek- en aankomstadres. Heb je een afspraak en reed je daar vanaf het werkadres heen en daarna weer terug, dan zijn er 2 ritten gemaakt.
- de gereden route, indien dit niet de meest gebruikelijke route is
- of het een privérit is of een zakelijke rit
- de privé-omrijkilometers als tijdens een rit zowel zakelijke als privékilometers worden gereden
Voor de telling van het aantal zakelijke kilometers mogen voor de BTW aftrek de woon-werk kilometers niet worden meegeteld. Echter als je werkplek thuis is zou je kunnen stellen dat in feite alle kilometers die je vanuit huis naar een opdrachtgever of andere plek waar je bedrijfsmatig heen gaat zakelijk zijn. Je werkplek bevindt zich immers thuis. Ben je langdurig werkzaam voor een opdrachtgever op 1 vaste locatie dan kan de belastingdienst hier een andere mening over hebben.
Bij het ontbreken van deze uitgebreide rittenregistratie wordt een standaard bijtelling voor de BTW van het privégebruik toegepast van 1,5% van de cataloguswaarde van de youngtimer. Vervolgens kan de betaalde BTW op alle variabele onderhoudskosten als voorbelasting afgetrokken worden bij de aangifte omzetbelasting.