Afschaffing FOR per 1-1-2023?

Het kabinet kondigt in de Voorjaarsnota 2022 de afschaffing van de FOR (fiscale oudedagsreserve) aan. Zelfstandigen kunnen jaarlijks 9,44% van de winst, in 2022 tot een maximum van € 9.632, aftrekken van de belasting als reserve voor hun oude dag. Dat geld kan ook worden gebruikt als bedrijfsreserve. Door de eveneens aangekondigde verhoging van de fiscale ruimte voor zelfstandigen om pensioen op te bouwen, is de FOR volgens het kabinet overbodig en wordt per 01-01-2023 afgeschaft.

Of dit werkelijk doorgaat volgens plan zal Van Buuren Belastingen nauwgezet volgen.

Financial planner: hoe om te gaan met een zakelijke rekening

Een zakelijke rekening aanhouden voor de zakelijke inkomsten en uitgaven maakt het financieel inzicht en overzicht een stuk eenvoudiger. In één oogopslag zou je kunnen zien hoe je er financieel voorstaat, zonder de administratie te hoeven raadplegen. Ware het niet dat er natuurlijk wel wat op aan te merken is. Namelijk:

  • zijn er openstaande posten?
  • hoeveel omzetbelasting moet ik straks afdragen?
  • wat wordt mijn aanslag inkomstenbelasting en premie zvw?
  • maak ik gebruik van een oudedagsreserve?

Behalve de openstaande posten is het voor de stand van de zakelijke rekening handig wanneer er aparte potjes zijn voor het betalen van omzetbelasting en inkomstenbelasting/premie zvw en de reservering voor de oudedag. Dat kan tegenwoordig gemakkelijk ingeregeld worden d.m.v. de mogelijkheid om spaarpotjes te openen onder de betaalrekening. Het maandelijks boeken van de verschuldigde omzetbelasting en verwachte inkomstenbelasting levert dan geen grote schommelingen op in de stand van de rekening.

De reservering voor de oudedag is een aftrekpost van de fiscale winst en daar zal op een later tijdstip nog belasting over betaald gaan worden. Hiervoor is het dus min of meer noodzakelijk dat dit op de rekening blijft staan en niet per ongeluk uitgegeven wordt. Een spaarpotje Oudedagsreserve is een must bij het gebruik van deze fiscale aftrekpost.

Oudedagsreserve

Waar een werknemer zich over het algemeen minder zorgen over hoeft te maken, zijn zaken die standaard door een werkgever uit handen genomen worden. Denk daarbij aan een arbeidsongevallenverzekering of een pensioenvoorziening. Voor de zelfstandig ondernemer is het zaak om dat zelf te regelen. In dit artikel ga ik in op het creëren van een pensioenvoorziening.

Een ondernemer heeft de mogelijkheid om een oudedagsreserve op te bouwen. De oudedagsreserve is een fiscale reserve, ofwel een boekhoudkundige post op de balans die tot verschuiving van de winst naar de toekomst leidt. Er vindt daardoor uitstel van belastingheffing plaats, geen afstel. Ooit moet de ondernemer afrekenen.

De inkomstenbelasting wordt pas betaald wanneer er een uitkering gedaan wordt uit de opgebouwde reserve. Het moment van uitkering kan verder uitgesteld worden als de oudedagsreserve omgezet wordt in een lijfrente (of een product zoals banksparen). In veel gevallen zal dan het inkomen en het percentage inkomstenbelasting (indien de AOW leeftijd bereikt is) lager zijn dan in het jaar dat de reservering is gedaan. Gedurende de periode van opbouw is er dus nog geen sprake van een echte oudedagsvoorziening.

Bij beëindiging van de onderneming kan de ondernemer de reserve omzetten in een lijfrente (of lijfrenteproduct) bij een toegestane bank/verzekeraar. Dat doet hij door een bedrag af te storten dat gelijk is aan het saldo van de oudedagsreserve. Er vindt op dat moment geen belastingheffing plaats doordat tegenover de belaste vrijval van de oudedagsreserve een aftrekbare uitgave voor inkomensvoorzieningen staat. Indien de oudedagsreserve tussentijds wordt afgebouwd leidt dit tot een bijtelling van de winst, ter grootte van het afgebouwde deel van de oudedagsreserve. Tussentijds afbouwen van de reserve is toegestaan.

Een rekenvoorbeeld: De winst uit onderneming bedraagt € 40.000. Hiervan kan 9,44% worden toegevoegd aan de oudedagsreserve (= € 3.776). Het directe belastingvoordeel bedraagt 37,35% van € 3.776 = € 1.410. Deze reservering schept tijdelijk meer liquiditeit en is voordelig wanneer op het moment van uitkering (bijv. als men AOW-gerechtigd is) het belastingpercentage op het inkomen lager is. 

De maximale toevoeging bedraagt in 2020 9,44% van de winst uit onderneming, met een maximum van € 9.218. Toevoegen mag onder bepaalde voorwaarden, zoals het voldoen aan het urencriterium. Ook mag de stand van de oudedagsreserve het ondernemingsvermogen niet overschrijden. 

Van Buuren Belastingen kan voor uw specifieke situatie doorrekenen of het zinvol is hiervan gebruik te maken. In VBB-FactBoek wordt een opgebouwde reserve inzichtelijk en duidelijk geadministreerd en direct meegenomen in de belastingaangifte voor ondernemers.